ERVARINGEN
Over supermachines en een vervelende groenbemester
Akkerbouwers uit Friesland en Groningen die hun grond niet meer ploegen, begonnen dit jaar eind april met het eerste landwerk. Tenminste, als het weer meezat. Er viel echter zoveel regen op de meeste plekken, dat het werk minstens een week moest worden uitgesteld. Een overzicht van de werkzaamheden in de laatste week van april en de eerste week van mei.
Woensdag 24 april 2019
Geen voorbewerking
Jan Anko Havinga uit Loppersum (Gr.) poot aardappelen op een perceel van 30 procent afslibbaar. Er is op het perceel zeven jaar lang geen kerende grondbewerking uitgevoerd. Vorig jaar groeide hier nog tarwe. De stroresten verdeelde hij met een strohark. Daarna reed Havinga geitenmest en eierschalen op het perceel uit. Vervolgens zaaide hij met een bouwvoorlichter, rotorkopeg en een zaaimachine een groenbemester die bestond uit Facelia, Alexandrijnse klaver en Tillage radish. Omdat het mengsel kapot vroor, hoefde de akkerbouwer de groenbemester niet te klepelen of in te werken. Hij kon meteen met de rotorkopeg en de frees aan de slag.
Donderdag 25 april 2019
Planning op zijn kop
Het heeft geregend. Voor de deelnemers in het NKG-netwerk in de noordelijke provincies zet het de planning op zijn kop. In Holwerd viel 20 mm regen. Te veel om nog aardappelen te poten. Bij Hielke Feitsma uit Pieterzijl (Gr.) viel 12 mm regen in de nacht van 24 op 25 april. Hij begint wel met de voorbereidingen voor het poten van de aardappelen. Zijn kleigrond is 25 tot 30 procent afslibbaar. Op het perceel waar vorig jaar nog uien groeiden, zaaide Feitsma na die teelt mosterd als groenbemester. Die vernietigde hij in november met de Greencutter-wals om hem in een werkgang met een schijveneg onder te werken. Die schijveneg zorgde ervoor dat de grond zo fijn viel, dat hij na een fikse regenbui in maart dichtsloeg. “De schijveneg kunnen we wel achterwege laten”, concludeert Feitsma. Gebruikt hij normaliter een rotorkopeg in de fronthef om de grond voor het poten vlak te leggen, dit jaar was dat niet nodig. Door alleen een bewerking met een volvelds frees uit te voeren, viel de grond al mooi.

Woensdag 1 mei 2019
Klepelmaaier lenen
Hielke Feitsma gaat aan de slag op een ander perceel. Hier is de grond 35 procent afslibbaar. Het biodivers-mengsel van Agrifirm heeft de winter goed doorstaan, ondanks een bewerking met een schijveneg in november. Een geleende klepelmaaier krijgt het gewas er wel onder.

Uien beregenen
Arjan Hofstee, onderzoeksassistent van Stichting Proefboerderijen Noordelijke Akkerbouw (SPNA) beregent een percelen uien op proefbedrijf Ebelsheerd (Gr.). Er viel tot maart weinig regen. Februari was zelfs zo droog dat de grond stoof. In maart viel een kleine 100 mm neerslag, maar na die tijd bleef het weer droog. Er viel vanaf die tijd slechts 7 mm regen op de 60 tot 80 procent afslibbare percelen. Er vormde zich weliswaar geen korst, maar het grootste deel van de uien lag wel droog. Hoewel op 48 hectare van het bijna 100 hectare grote proefbedrijf niet geploegd wordt, ploegt Hofstee voor de uien uit wel. Puur als verzekering. “Op NKG-percelen weet je nooit zeker dat het gewas egaal opkomt.”
Zaterdag 4 mei 2019
'Geen snijrogge meer'
De broers Arjan en Hilko Bos uit Oldehove (Gr.) werken een halve hectare doodgespoten groenbemester snijrogge in met een Kverneland Turbo 2-cultivator. De Turbo 2 is demo-machine en bevalt goed. De Actiflex-rol levert mooi werk. De NKG-percelen blijven in het voorjaar langer vochtig. Ook is de grond compacter, daarom vraagt de bewerking vrij veel trekkracht. Insporen op het NKG-perceel is er echter niet bij. De groenbemester bevalt hem daarentegen slecht. Hilko: “We hadden er een halve hectare gezaaid, om te proberen. Dat viel dus tegen.” Niet in de laatste plaats omdat Roundup de enige manier is om het gewas klein te krijgen. Een middel waarvan de akkerbouwers het gebruik toch liever beperken. Daarnaast is de grond er natter dan op andere percelen waar geen rogge groeide. Gele mosterd past volgens Bos beter bij NKG. Die groenbemester laat niet veel houtige delen achter, en sterft in de winter af. Het nadeel van gele mosterd is dat het gewas weinig wortels vormt. Daarentegen levert het wel veel organische stof op.
Minder insporing
Hilko Bos freest de ruggen in hetzelfde perceel. Hij ziet de meeuwen om hem heen zwermen. ”NKG is een garantie voor zeemeeuwen”, zegt Bos. De akkerbouwer merkt dat het perceel zwaarder trekt dan niet NKG-percelen. “Maar je hebt ook minder insporing.”
Maandag 6 mei 2019


Trekker verbruikt meer
Anco van der Bos uit Holwerd (Fr.) poot aardappelen op een perceel dat al zes jaar niet is geploegd. De voorvrucht was zomergerst met gras als ondervrucht. Al jaren zaait hij zijn groenbemester tegelijkertijd met de brouwgerst in. Normaliter ploegt hij het onder. Op het NKG-deel van het perceel valt het niet mee om hem goed onder te werken. Van der Bos gebruikt een Multivator die af en toe volloopt. En de trekker verbruikt meer, merkt de akkerbouwer. Iets wat hem tegenstaat. Daarbij komt nog dat de grond toch nog iets te nat is. Op het gedeelte waar hij de groenbemester heeft ondergeploegd (rechts) valt de grond fijner en is het droger. Dat neemt niet weg dat hij meer over NKG wil leren. “Ik merk nu wel dat de niet-geploegde percelen beter vocht doorlaten dan geploegd land."
Woensdag 15 mei 2019
Supermachientje
De biologische teler Pyt Sipma uit Engwierum (Fr.) kocht tien jaar geleden een oude rotorkopeg, sloopte alle onderdelen eraf en monteerde een volveldssnijmes. De lichte machine kostte nog geen 1.000 euro en hangt nu zo goed als altijd in de fronthef van de trekker bij het klaarleggen van het land. Een rotorkopeg hangt achter de trekker. Het mes snijdt het onkruid af, waardoor de rotorkopeg iets minder werk heeft. “Een supermachientje”, meent de akkerbouwer. Hij gebruikte hem dit jaar ook bij het klaarleggen van het pompoenenland. Dat was van tevoren met de Rumptstad-ecoploeg geploegd en al eerder grof klaargelegd. Op NKG-percelen is de machine minder goed te gebruiken. Het werktuig is zo licht en de grond zo hard dat de machine de grond niet in wil. “Als ik een hydraulische topstang gebruik, lukt dat misschien wel.”

